Verdediging voorgedragen [...] terzake van door den Edel-achtb. Heer Officier van Justitie te zijn aangeklaagd, van te hebben geschreven, doen drukken en algemeen verspreiden een adres aan Z.M. den Koning en daarbij gevoegde missive of memorie, gedagteekend den 10den September 1855, waarin niet alleen (volgens die aanklagte) onderscheidene ministers en den secretaris-generaal van het Departement van Justitie zouden worden beledigd, maar zelfs ook, de Koninklijke waardigheid, boosaardig, zou zijn aangerand /
BUNDEL.
Institution: | International Institute of Social History |
---|---|
Format: | TEXT |
Published: |
voor rekening van den schrijver,
1855.
[S.l.] : |
Subjects: | |
Online Access: | http://hdl.handle.net/10622/59CD5823-AE62-4C5A-89B3-9BAD430BCA85 |
_version_ | 1771405074901237763 |
---|---|
collection | Books and Brochures on Social History from IISH Library, 1500-2013 |
dateSpan | 1855. |
description | BUNDEL. |
format | TEXT |
genre | libraryUnit |
id | bulk_A8D4610C-6F40-4634-912D-866F2512D463 |
institution | International Institute of Social History |
publishDate | 1855. |
publisher | voor rekening van den schrijver, [S.l.] : |
spellingShingle | Verdediging voorgedragen [...] terzake van door den Edel-achtb. Heer Officier van Justitie te zijn aangeklaagd, van te hebben geschreven, doen drukken en algemeen verspreiden een adres aan Z.M. den Koning en daarbij gevoegde missive of memorie, gedagteekend den 10den September 1855, waarin niet alleen (volgens die aanklagte) onderscheidene ministers en den secretaris-generaal van het Departement van Justitie zouden worden beledigd, maar zelfs ook, de Koninklijke waardigheid, boosaardig, zou zijn aangerand / |
title | Verdediging voorgedragen [...] terzake van door den Edel-achtb. Heer Officier van Justitie te zijn aangeklaagd, van te hebben geschreven, doen drukken en algemeen verspreiden een adres aan Z.M. den Koning en daarbij gevoegde missive of memorie, gedagteekend den 10den September 1855, waarin niet alleen (volgens die aanklagte) onderscheidene ministers en den secretaris-generaal van het Departement van Justitie zouden worden beledigd, maar zelfs ook, de Koninklijke waardigheid, boosaardig, zou zijn aangerand / |
url | http://hdl.handle.net/10622/59CD5823-AE62-4C5A-89B3-9BAD430BCA85 |