624: Archief van Ludo Dierickx
"Collection: Dierickx Ludo; Archiefgeschiedenis: Het grootste deel van het archief is naar alle waarschijnlijkheid steeds in het bezit gebleven van Ludo Dierickx. Daarnaast is er ook een stukje archief en documentatie van het ESIC en van Robert Verschooten dat vermoedelijk na 1994 verworven wer...
Main Author: | |
---|---|
Institution: | Amsab-Institute of Social History |
Format: | TEXT |
Language: | Dutch French German English Italian |
Published: |
1948-2009
|
Online Access: | https://hdl.handle.net/10796/6FC21964-3134-47AF-9462-39291259F003 |
Summary: | "Collection: Dierickx Ludo; Archiefgeschiedenis: Het grootste deel van het archief is naar alle waarschijnlijkheid steeds in het bezit gebleven van Ludo Dierickx. Daarnaast is er ook een stukje archief en documentatie van het ESIC en van Robert Verschooten dat vermoedelijk na 1994 verworven werd door Dierickx. Bij zijn overlijden in 2009, besloot zijn weduwe, Eva-Maria Hückl om zijn archieven op te splitsen. Het archief rond de denktank B-Plus en het archief omtrent Dierickx’ activiteiten bij Agalev werden aan het Studie- en Documentatiecentrum Oorlog en Hedendaagse Maatschappij (CEGESOMA) geschonken. Het archief omtrent Dierickx’ activiteiten voor de Groene Senioren werd aan Amsab-ISG geschonken. Het Europese archief ging in eerste instantie naar het Centrum voor Europese Studies (CEUS), verbonden aan de vakgroep Politieke Wetenschappen van Ugent, maar na een aantal jaar bleek dat het CEUS geen tijd en middelen kon vrijmaken voor de verwerking en de studie van het archief, dus werd besloten om dit deel ook aan Amsab-ISG over te dragen. Beide archieven werden in 2015 samengevoegd en verwerkt.Biografie: Ludo Dierickx werd op 10 augustus 1929 geboren te Berchem. Hij liep school aan het Jezuïetische Xaveriuscollege te Borgerhout, waar hij waarschijnlijk Luc Versteylen leerde kennen. Daarna studeerde hij rechten aan de toenmalige Rijksuniversiteit Gent van 1948 tot en met 1953. Tijdens zijn studententijd raakte Dierickx in de ban van het Europese federalistische gedachtengoed. Vooral de ideeën van de Italiaanse politieke denker en founding father van de Europese Unie, Altiero Spinelli, maakten een grote indruk op hem. Dierickx reisde zelfs al liftend naar Rome om Spinelli te kunnen ontmoeten. In 1949 sloot Dierickx zich aan bij de Universitaire Beweging voor de Europese Federatie (UBEF), waarvan hij tot en met 1953 de secretaris en drijvende kracht was. Na zijn rechtenopleiding studeerde Dierickx nog een jaar aan het prestigieuze Europacollege te Brugge, waar hij o.a. in contact kwam met de rector, Hendrik Brugmans, die zelf ook een belangrijke rol zou spelen in de Europese Beweging.
In 1955-1956 vervulde Dierickx zijn dienstplicht in Duitsland. De meeste miliciens verveelden er zich stierlijk, maar Dierickx maakte dankbaar gebruik van de vele vrije uren die de diensttijd hem bood. Hij maakte contact met Duitse federalisten en onderhield zijn netwerk in België en Italië middels een indrukwekkende stroom briefwisseling. Daarnaast werd hij voorzitter van de Jeunesses Européennes Fédéralistes (JEF) en maakte hij het viertalige maandblad “Lettres au Militants - Mitarbeiterbriefe”.
Tussen 1956 en 1958 werkte Dierickx mee aan de organisatie van Expo '58. Tijdens deze werkzaamheden ontmoette hij Eva-Maria Hückl, met wie hij in 1959 in het huwelijksbootje stapte. In die periode bleef Dierickx zich volop engageren voor de Europese zaak. Hij werd secretaris van de Europese Federalistische Beweging (EFB)-regio Antwerpen-Limburg en werd mede-uitgever van het viertalige blad Het Europese Volk. Daarnaast werd Dierickx ook lid van het initiatiefcomité voor het Congres van het Europese Volk (CEV), waarvoor hij Vrije Europese Verkiezingen organiseerde te Antwerpen (1957 en 1961), Sint-Joost-ten-Node (1958), Tielt (1959), Oostende (1959), Mons (1960) en Saint-Ghislain (1960).
Na Expo ’58 ging Dierickx werken voor de kamer van koophandel van Antwerpen en in 1962 werd hij adviseur van minister van Binnenlandse Zaken Arthur Gilson. In 1963 richtte Dierickx het Europees Studie- en Informatiecentrum (ESIC) op. Tot 1972 was hij er afgevaardigd-beheerder en de voornaamste drijvende kracht. Ondertussen verruilde Dierickx zijn baan als adviseur voor een postitie aan het Instituut voor Europese Studies van de ULB, waar hij twee jaar zou blijven om vervolgens directeur te worden van de Vereniging van Openbare Verzorgingsinstellingen. Deze functie combineerde hij vanaf 1970 met de functie van secretaris van de Nationale Confederatie van Verzorgingsinstellingen. Van 1969 tot en met 1972 was Dierickx secretaris-generaal van de Mouvement Fédéraliste Européen (MFE). In die hoedanigheid werkte hij mee aan de fusie van twee van de grootste federalistische bewegingen in Europa, de MFE en de Action Européenne Fédéraliste (AEF), tot de Union des Fédéralistes Européens (UEF). Daarna zette Dierickx zijn Europees engagement op een wat lager pitje. Vanaf 1976 was hij gedurende drie jaar voorzitter van het ESIC, maar daarna richtte Dierickx zijn pijlen vooral op de nationale politiek.
Het is niet meteen duidelijk wanneer of waarom Dierickx zich juist bij Agalev aansloot, maar wellicht heeft zijn vroegere band met Luc Versteylen daar iets mee te maken. In 1981 raakte Dierickx al meteen verkozen als volksvertegenwoordiger. Samen met Marjet Van Puymbroeck en Fernand Geyselings vormde hij de allereerste Agalev-fractie in het parlement. Dierickx bleef in kamer tot en met 1988, waarna hij in de senaat zetelde. In 1995 verliet Dierickx de senaat en verdween hij wat naar de achtergrond binnen Agalev. In 1999 kwam het zelfs tot een volledige breuk met de partij naar aanleiding van een geschil over de afdrachten die hij zou doen tijdens zijn mandaten. Hij stapte over naar de toenmalige SP.
Dierickx bleef echter niet stilzitten. In 1998 was hij mede-oprichter van en drijfveer achter B-Plus, een denktank die opkomt voor de eenheid van België onder de vorm van een federale staat en die zich verzet tegen het uiteengroeien van Vlamingen, Walen, Brusselaars, en Duitstalige Belgen. Vanaf 2003 werd hij ook weer lid van Agalev, inmiddels omgedoopt tot Groen! De laatste jaren van zijn leven was Dierickx vooral actief binnen GroenPlus, de werking voor 55-plussers van Groen!. In 2007 stelde hij zich nog kandidaat voor het voorzitterschap van Groen. Op 8 april 2009 overleed Ludo Dierickx op 79-jarige leeftijd.Het archief bevatte een zeer omvangrijke collectie bibliotheekmateriaal. Het merendeel van die stukken zijn niet van Ludo Dierickx, maar werden verzameld door het ESIC. Werken waarvan Dierickx de auteur is en tijdschriften waarvan Dierickx lid was van de redactie, werden overgedragen aan de bibliotheek. Verder werd ook een selectie interessante en relevante periodieken over het Europees federalisme overgedragen aan de bibliotheek. Dubbels en stukken die door Dierickx of het ESIC enkel om documentaire reden verzameld werden en die niet in het collectieprofiel passen, werden vernietigd. Verder werden er 197 foto’s afgescheiden en overgebracht naar de fototheek.Het archief over Dierickx’ activiteiten binnen de Groene Senioren en GroenPlus werd in november 2009 overgedragen aan Amsab-ISG door zijn weduwe. In februari 2015 werd ook Dierickx’ Europese archief overgedragen door het Centrum voor Europese Studies (CEUS).Zie ook: 457 Archief van Agalev Het archief van Ludo Dierickx is –zoals veel persoonsarchieven- een verzameling van stukken van verschillende archiefvormers. Naast de persoonlijke stukken van Ludo Dierickx, vinden we veel stukken die hij opmaakte of ontving uit hoofde van zijn functies binnen de verschillende organisaties en instellingen waarvoor hij werkte. Het archief bevat stukken van onder andere het ESIC, de EFB, de CEV, de EFJ, de UBEF, de MFEA en de Groene Senioren. Daarnaast vinden we ook wat materiaal van Eva-Maria Hückl, die voor het ESIC gewerkt heeft, en van Robert Verschooten, die Ludo Dierickx in 1979 opvolgde als voorzitter van het ESIC en tot op heden (2015) nog steeds deze functie uitvoert. Het archief loopt van 1948 tot en met 2009, dus vanuit zijn studententijd tot en met zijn overlijden. Het zwaartepunt van het archief ligt echter in de jaren 1950, 1960 en 1970, wat we enigszins kort door de bocht zijn “Europese archief” kunnen noemen. Vanaf de jaren 1980 is er nog zeer weinig archief. Dierickx was toen vooral actief binnen Agalev en dat archief is integraal naar CEGSOMA overgedragen. Wat er wel beschikbaar is voor de jaren 1980 en 1990, zijn stukken die verband houden met Dierickx’ interesse voor het Europees federalisme. O.a. zijn blijvende zorg voor het ESIC en zijn activiteiten voor het Actiecomité voor de Europese Federatie (CAFE). Voor de jaren 2000 is er zijn briefwisseling in het kader van zijn activiteiten binnen GroenPlus. Level of description: Fonds; Series: Dierickx Ludo; FULL TEXT AVAILABLE AT AMSAB-ISH" |
---|---|
Published: | 1948-1949, 1951-2002, 2004-2009 |
Physical Description: | 2,75 strekkende meter |